12 okt 2022
Alles over klimaat
Van CO2 tot gletsjers, over lagedrukgebieden en smeltende ijskap
Verslag
Het Klimaatbericht
Peter Kuipers Munneke is bekend als weerman, maar hij is ook een gepromoveerd natuurkundige en een erkend klimaatwetenschapper. Hij neemt de gasten van het Kenniscafé mee voor een rondleiding door het klimaat. Hij laat de veranderingen zien, de mogelijke gevolgen daarvan maar ook wat wij eraan kunnen doen.
Drie thermostaatknoppen
Het klimaat is eigenlijk de centrale verwarming van de aarde, legt Kuipers Munneke uit. Op de thermostaat zitten drie knoppen: de hoeveelheid zonlicht, de witheid van de aarde en de broeikasgassen, zoals CO2, maar ook methaan. De hoeveelheid zonlicht kunnen wij niet beïnvloeden. Die is afhankelijk van de wat slordige baan die de aarde om de zon beschrijft; die baan varieert in de loop der tijd. Die afstand tot de zon verklaart de verschillende ijstijden. De laatste ijstijd was zo’n 10.000 jaar geleden (en is verantwoordelijk voor onder meer de Hondsrug en de grotere en kleinere keien in onze provincie). Inmiddels zijn wij op weg naar de volgende ijstijd, zo is de eerste onverwachte boodschap. Een zwarte aarde neemt veel warmte op. Een aarde die wit is door ijs, ontbossing en woestijnen weerkaatst die warmte, maar die weerkaatste warmte wordt tegengehouden door de broeikasgassen, wat bijdraagt aan de opwarming van de aarde.
Waar komt die enorme boost in CO2-uitstoot vandaan?
En daarmee zijn wij aanbeland bij de derde knop, de enige die wij direct kunnen beïnvloeden: de broeikasgassen en de CO2-uitstoot. Sinds de industriële revolutie zijn wij massaal fossiele brandstoffen gaan verbranden. De CO2 die in miljoenen jaren in die gefossiliseerde plantenresten is opgeslagen, jassen wij in ruim een eeuw tijd energiek de atmosfeer in. De hoeveelheid CO2 in de atmosfeer is anderhalf keer hoger dan die ooit geweest is. Dat brengt de spreker bij een opmerkelijke ommekeer. Vroeger zorgde een hogere temperatuur voor een hogere CO2-uitstoot: in warm zeewater lost minder van dit gas op. In onze moderne tijd hebben wij die relatie weten om te keren: nu zorgt de hogere CO2-uitstoot voor een hogere temperatuur. Zo is de temperatuur sinds 1900 twee graden gestegen. Dat betekent concreet dat de koudste zomers van nu warmer zijn dan de warmste zomers van voor de Tweede Wereldoorlog.
Hoe het warmer werd – en natter…
En in diezelfde tijd is ons klimaat ook natter geworden. Gingen wij vroeger uit van een neerslag van 700 mm per jaar, inmiddels is het langjarige gemiddelde al 850 mm. Over honderd jaar hebben wij hier het klimaat van Bordeaux, zo vat de klimaatdeskundige de tendens samen. De opwarming van de aarde leidt tot een verhoging van de zeespiegel. Voor de helft wordt die stijging verklaard doordat het warmere water uitzet. De andere helft is toe te schrijven aan het smeltwater. Als alle gletsjers op de wereld zouden smelten zou dat leiden tot een zeespiegelstijging van 40 cm. Als de grote ijskap die het vasteland van Groenland bedekt helemaal zou smelten, zou de zee 7,3 m stijgen. En als ook de enorm dikke ijskap die bovenop het vasteland van Antarctica ligt helemaal zou smelten, zou dat een stijging van de zeespiegel van maar liefst 56 meter tot gevolg hebben.
Grote getallen, kleine getallen.
De afgelopen eeuw is de zeespiegel 25 cm gestegen. Momenteel bedraagt de zeespiegelstijging 4 mm per jaar, wat niet veel lijkt, maar wat neer komt op 40 cm per eeuw. En het vervelende is dat die curve steeds steiler wordt. Vandaar de gekscherende aanbeveling van Kuipers Munneke om te investeren in een appartement in Emmen. Daar zit je de komende 5000 jaar droog, maar als je nu een huis in Gouda koopt, weet je niet zeker of dat over dertig jaar nog verkoopbaar is.
Aanpassen en voorkomen
De klimaatdeskundige toont zich evenwel ook gematigd optimistisch. Hij laat zien hoe wij ons kunnen aanpassen aan de gevolgen van de klimaatopwarming, maar ook hoe wij die opwarming kunnen afremmen. Het landschap moet groener worden en wij moeten meer water vasthouden. De landbouw moet weer circulair worden en zal dan veel minder CO2 uitstoten. Ook het stedelijke landschap moet veranderen: de steden moeten groener worden en misschien moeten wij wel toe naar drijvende steden. Want één ding lijkt zeker: als wij de stijging van de uitstoot van CO2 weten te stoppen, stoppen wij ook de verdere opwarming van de aarde.
Het probleem ligt ook op ons bord
En die vermindering van uitstoot is niet alleen een zaak van de overheid, de industrie of de landbouw. Nee, die betreft ons ook individueel als burgers. Ons echte afval is niet die paar kilo restafval per week die wij nog in de kliko gooien. Ons echte afval is de 10.000 kilo CO2 die iedere Nederlander gemiddeld per jaar uitstoot. Je ziet het niet, maar een gemiddeld huishouden zet wekelijks meer dan 400 kilo CO2 ‘bij de straat’! Even praktisch
Die uitstoot komt voor een kwart uit de spullen die wij gebruiken (doordat er bij de productie en het vervoer van die spullen CO2 vrijkomt): koop je kleren dus bij de kringloop!
Voor een kwart komt dat voor rekening van ons vervoer: pak dus vaker de fiets of neem een deelauto!
Een kwart komt uit de energie die wij gebruiken voor en in ons huis: zet de verwarming dus inderdaad maar een graadje lager en douche niet langer dan vijf minuten!
En het laatste kwart komt uit de productie en het vervoer van onze voeding. Vlees eten is een omweg om in je energiebehoefte te voorzien. In plaats van dieren te eten die planten hebben opgegeten, kun je veel beter die tussenstap overslaan en plantaardig eten. Een eigen volkstuin is dus helemaal geen slecht idee, stelt een van de bezoekers.
Het is een kwestie van rethink, refuse, reduce, re-use en recycle, zo vat de klimaatdeskundige de remedie tegen klimaatopwarming samen.
Zijn er nog vragen? Het publiek hangt aan zijn lippen en heeft vragen genoeg.
- Zijn wij het tipping point (kantelpunt) al gepasseerd? Nee, gelukkig niet.
- Hoe zou het klimaat ervoor staan zonder de invloed van de mens? Dan was de temperatuur op aarde met 0,2˚ gedaald.
- “Wat is de invloed van de arme landen op de klimaatopwarming?”, zo vraagt een bezoeker die zich onlangs in Nepal verwonderd heeft over de troep op straat – van recyclen hebben ze daar nog nooit gehoord. Kuipers Munneke vindt dit de beste vraag van de avond. Hij herhaalt zijn eerdere boodschap dat het echte afval niet de zichtbare rommel is, maar de CO2-uitstoot. En die is in de rijke landen veel hoger.
- De laatste vraag van avond gaat over de klimaatsceptici. “Tja, die miskennen de inzichten van de wetenschap”, zegt Kuipers Munneke. Zijn achterliggende verklaring is interessant. Niemand zal willen zeggen: het zal me een rotzorg zijn hoe het klimaat zich ontwikkelt. Maar omdat die verandering in het klimaat wel degelijk gevolgen heeft voor ieders eigen leven (geen gehaktbal meer, en minder vliegen naar mooiweerlanden), trekt de klimaatscepticus de wetenschappelijke conclusies in twijfel. Als die niet kloppen, hoeft hij immers zijn gedrag niet aan te passen.